Inleiding

Als ouder, die begaan is met een degelijke opvoeding voor zijn kinderen, is het niet altijd even gemakkelijk te weten waar men aan toe is.

Vanuit de maatschappij worden er tal van problemen rond jongeren gesignaleerd en het aantal ervan lijkt alsmaar toe te nemen: ADHD-ADD (Attention Deficit (Hyperactive) Disorder), dyspraxie, dyslexie, NLD (Non Verbal Learning Disorder), dyscalculie, autisme, syndroom van Asperger (autismespectrumstoornis), DIS ( Dissociatieve Identiteitsstoornis -meervoudige persoonlijkheidsstoornis ), syndroom van Gilles de la Tourette (GTS) angststoornissen, eetproblemen, karakteriële, hoogbegaafdheid, puberteit, fysische, psychomotorische, (v)echtscheidingen, het sociale milieu, relationele, gepest worden, drugs en verslavingen, depressies, suïcidale neigingen, ….

Bovendien worden deze problemen steeds fijner geanalyseerd: alleen al wat de persoonlijkheidsstoornissen betreft komt men (voorlopig) uit op de volgende indeling : (a) Paranoïde, schizoïde of schizotypische aandoeningen, (b) Antisociale, borderline, theatrale en narcistische persoonlijkheidsstoornissen, (c) De ontwijkende, de afhankelijke en de obsessieve-compulsieve afwijkingen. Men moet eigenlijk al meer dan een specialist terzake zijn om te weten waarover het hier gaat.

Deze uitbreiding en verregaande opdeling in allerhande categorieën heeft het voordeel dat deze moeilijkheden een naam krijgen. Dit werkt bevrijdend en stemt hoopvol, omdat het de indruk wekt dat al wat benoemd is ten dele reeds controleerbaar wordt. Maar dit krijgt een negatieve keerzijde, wanneer deze opsplitsingen als etiketten worden gebruikt die blijvend zijn en dus stigmatiserend werken, onder andere in het schooldossier. Zo wordt men het slachtoffer van vooroordelen bij toekomstige leerkrachten.

Opmerkelijk is ook dat deze problemen meer en meer worden toevertrouwd aan psychologen die ze vanuit een veelheid aan therapieën (zoals het aanleren van juiste ademhalingstechnieken of gespreks- en speltherapie bij depressies, …) benaderen en zelfs aan artsen, waarbij ze dan gemedicaliseerd worden (bijvoorbeeld: rilatine bij ADHD ).

Ongetwijfeld zal het samenspel van deze factoren een invloed hebben, ook al is die niet direct zichtbaar, op de schoolse situatie. Vanuit de onderwijswereld worden deze samengebracht onder de term “leermoeilijkheden”: onrijpheid, tekort aan aandacht, schoolmoeheid, gebrek aan interesse, asociaal gedrag, presteren onder de eigen mogelijkheden, verkeerde studierichting, …Deze verzamelterm kan handig worden gebruikt om sommige problemen niet meer te moeten aanpakken door ze weg te sluizen. Jongeren met zulke problemen worden al snel als storend ervaren voor het onderwijssysteem. Doordat men met veel leerlingen in één klas zit, de leerstof moet worden gezien en in ieder geval de veelbesproken eindtermen moeten behaald worden, ….heeft men onmogelijk de tijd om aan ieder probleem van elke leerling voldoende aandacht te besteden, laat staan er grondig op in te gaan. Éénmaal een leerling één van bovenvermelde etiketten opgeplakt heeft gekregen wordt de verleiding groot om hem weg te zuiveren. Deze verwijdering van de school gebeurt aan de hand van deels terechte, maar vaak ook onbezonnen en willekeurig uitgedeelde B- en C-attesten.

In feite hanteert het onderwijs een watervalsysteem: iedereen begint op hetzelfde hoge niveau; wie achterop geraakt, om welke reden dan ook, wordt geclausuleerd naar een meer haalbare richting. Éénmaal daar is er geen weg terug. Het is dan ook goed dat de ouders zich hiervan bewust zijn en al het mogelijke doen opdat hun kind niet in deze neerwaartse spiraal terecht komt.

Wij van onze kant uit leggen ons niet zo snel neer bij deze gang van zaken. Te vaak hebben wij reeds kunnen vaststellen dat heel veel, zoniet nog alles, kan worden gedaan om deze clausulering en verwijdering te voorkomen. Deze ervaringen verklaren onze gedrevenheid in dit werk. Vooraleer er goede resultaten op school komen is het ook niet noodzakelijk dat álle problemen aangepakt of opgelost moeten worden. Dit is trouwens ook niet onze taak, noch bekwaamheid.

Het is verbazend te moeten vaststellen dat er vaak maar weinig nodig is om de situatie ten goede te keren. Wanneer de nota’s worden geordend, een achterstand wordt ingehaald, de leerstof opnieuw wordt uitgelegd, een zekere discipline en structuur wordt bijgebracht, op voorhand toetsen worden afgelegd en een verbetering van de studiemethode wordt bereikt, blijkt dat dit veelal volstaat. Dat is dan ook onze visie op en de essentie van wat wij met studiebegeleiding betrachten. Laten we er samen werk van maken?

© Copyright 2001Copyright 2001 (update 10/2005) door Luc Verhille, Sint-Jacobsplein 17, 3000 Leuven, België.
Alle rechten voorbehouden. De inhoud van deze website mag op geen enkele manier gepubliceerd, herschreven of heruitgegeven worden in eender welke vorm. We wijzen er uitdrukkelijk op dat we deze rechten zeer ernstig nemen, en het niet nalaten de nodige stappen te ondernemen bij inbreuk. Het gebruik van deze site betekent dat u akkoord gaat met deze gebruiksvoorwaarden.
Datum copyrightstatement: 01 oktober 2001.